Tussen thuis en school

"Op de ouderavond zeg je dat de zwakke resultaten van Iris misschien te maken hebben met faalangst. Haar ouders nemen haar daarop stevig onder handen en zeggen dat ze gewoon harder moet werken.⠀

Een moeder zegt over het vak rekenen tegen haar dochter: “Je moet niet ’erbij’ of ‘eraf’ zeggen, maar ‘plus’ of ‘min’.⠀


Bij sommige ouders denk je: hoe is het mogelijk dat ze hun zoontje zo vaak zonder toezicht filmpjes laten opzoeken op internet?"⠀


Ouders en school werken samen bij het opvoeden en begeleiden van kinderen. Daarin heeft ieder een eigen verantwoordelijkheid. Maar is het in het dagelijkse leven ook zo vanzelfsprekend? Soms heeft een docent het frustrerende gevoel dat de zaken die hij kinderen op school moeizaam bijbrengt, thuis net zo snel weer worden tenietgedaan. Hoe geeft een docent gestalte aan die gedeelde opvoedingsverantwoordelijkheid? En hoe kan hij thuis en school op elkaar afstemmen?

De dynamische driehoek

Om de verhouding tussen deze drie partijen in kaart te brengen, kun je de ‘dynamische driehoek’ gebruiken. De leraar is een bijzondere vertegenwoordiger van de ‘buitenwereld’, want de ouders hebben hem een opvoedingstaak gedelegeerd. Door dit optreden namens de ouders vullen school en ouders elkaar aan en bevorderen zij samen de ontwikkeling van het kind. Maar een tegenstelling tussen ouders en leraar kan een bedreiging zijn voor de groei van het kind.

Bij elk van de drie participanten in de driehoek – ouders, kind en buitenwereld – moeten we verder kijken dan de personen zelf. Zij worden elk in hoge mate beïnvloed door hun geschiedenis, hun omgeving, hun relaties: ieder is verweven in een eigen netwerk, brengt in zichzelf een eigen context mee. 

Vader en moeder hebben, zowel apart als samen, hun achtergronden die je als leraar maar zelden kent of kunt vermoeden, maar die hun gedrag sterk beïnvloeden. In een gesprek met ouders heb je bijvoorbeeld te maken met hun verwachtingspatronen, hun frustraties, hun onderlinge verhouding, waar je geen weet van hebt. Ook het kind heeft een eigen context, maar daar komen we in de begeleiding meestal wat gemakkelijker achter. Hoe zelfstandig stelt het kind zich op, wat zijn zijn hobby’s, in welk gezelschap verkeert het graag, wat betekent zijn plaats in het gezin voor zijn ontwikkeling en gedrag? En vooral: hoe is zijn verhouding met zijn ouders, met de andere gezinsleden, hoe veilig en gesteund voelt het zich thuis? Ook leraren hebben hun aanleg en opvoeding meegekregen en ervaringen opgedaan in het lerarenbestaan. Dat alles speelt een rol in de omgang met de leerlingen. Wanneer de relaties binnen de driehoek onderling in evenwicht zijn, heeft het kind optimale groeimogelijkheden. Onevenwichtigheid verkleint de groeikansen. 

Contextuele leerlingbegeleiding

Contextuele leerlingbegeleiding vertrekt vanuit de dynamische driehoek tussen ouders, kind en school en verkent hoe belangrijk de invloed van de relaties binnen deze driehoek is voor ieders ontwikkeling. Een contextuele kijk kan iedereen die jongeren begeleidt handvatten geven die leiden tot een meer verdiepende vorm van ondersteuning. Aan de basis hiervan staat het inzicht dat ook ouders, direct of indirect, bij het proces betrokken moeten worden. Iedere leerling heeft immers zijn eigen unieke netwerk van relaties, waarin de loyaliteitsband met de ouders centraal staat. Die band is onverbrekelijk, omdat ouders het meest waardevolle aan hun kind hebben gegeven: het bestaan zelf. Een kind heeft op zijn beurt het bestaan zelf ontvangen van zijn ouders. Wie, bewust of onbewust, aan die existentiële relatie tussen ouders en kind raakt, krijgt bij hen geen kans; of het nu goedbedoeld is of niet.

Veel situaties die in eerste instantie bij de begeleiding niet goed begrepen worden, worden inzichtelijk wanneer we het aspect van de loyaliteit erbij betrekken. Die band van loyaliteit is zo sterk dat, zelfs als ouders en kind elkaar niet meer willen zien, hij nooit definitief kan worden doorgesneden. Dat is een fundamenteel verschil met andere banden die je, al is het misschien met pijn of verdriet, wel kunt afbreken. De dynamische loyaliteitsband heeft een sterke invloed op het schoolleven van de leerling. Als bijvoorbeeld de onderlinge relatie tussen ouders en kind uit balans is geraakt of stagneert, komt dat vaak op school tot uiting in ongewoon gedrag en zwakkere leerprestaties. Bij ernstigere problemen, bijvoorbeeld concentratiegebrek, faalangst, agressief en depressief gedrag, is er ‘tussen thuis en school’ vaak meer aan de hand dan we kunnen vermoeden. Wanneer een begeleider aandacht heeft voor de loyaliteitsband die tussen de leerling en zijn ouders bestaat en daarnaast oog heeft voor het evenwicht tussen geven en ontvangen, komt hij tot de kern van de situatie. Pas dan doet hij echt recht aan zowel de leerling, de ouders als hemzelf. 

Tussen thuis en school

€ 29,95

Tussen thuis en school is hét basishandboek voor contextuele leerlingbegeleiding. Vanuit een contextuele kijk geeft het iedereen die jongeren begeleidt handvatten die leiden tot een meer verdiepende vorm van ondersteuning. Aan de basis hiervan staat het inzicht dat ook ouders, direct of indirect, bij het proces betrokken moeten worden. Iedere leerling heeft immers zijn eigen unieke netwerk van relaties, waarin de loyaliteitsband met de ouders centraal staat.

Bekijk ook

Onderwijs en Jeugdhulp